Geen wonder dat Wilders en Baudet het zo goed doen. De leesvaardigheid van Nederlanders, vooral jongeren is schrikbarend laag. Nog even en we zijn een land van analfabeten. Een groep hoogleraren bepleit in NRC Handelsblad (dat is een krant, red.) een heel nieuwe aanpak. Nou ja, nieuw… zoiets als pakweg veertig jaar geleden.
Is het echt zo erg? Uit internationaal onderzoek in 2019 blijkt dat een kwart van de Nederlandse jongeren op het randje van laaggeletterd zit. Ze begrijpen onvoldoende wat ze lezen. Naar Europese maatstaven scoort het rijke Nederland belabberd. En dus trekken onderwijsministers Ingrid van Engelshoven (D66) en Arie Slob (ChristenUnie) maar weet wat influencers uit de kast, waaronder de hooggeletterde Famke Louise. Werkt die aanpak? Nee, betogen de wetenschappers in NRC. Met lolbroekerij krijg je kinderen niet aan het lezen. Wel met het serieus nemen van taal en cultuur.
Plezier laat zich slecht afdwingen door het onderwijs. School is namelijk niet per se lollig, en het lezen van boeken al helemaal niet. Er gaat meer mis in de aanpak van laaggeletterdheid. De laatste jaren wordt lezen te veel aan het thuisfront overgelaten. De wetenschappers waarschuwen dat leesvaardigheid niet mag worden bepaald door de kennis en het geld van je ouders. Daarmee neem je kinderen uit armere milieus de kans af via onderwijs hogerop te komen. Ook de neiging tot verlaging van het vereiste leesniveau is de achterdeur uit; het ambitieniveau moet juist omhoog. Simpeler gezegd: bied leerlingen teksten aan waar ze hun best voor moeten doen.
Wat ook niet helpt, is de gerichtheid op praktische leesvaardigheid in plaats van op verhalen. De wetenschappers: ‘Om teksten te kunnen begrijpen, is kennis van die strategieën handig maar intussen sneeuwt onder waar leesonderwijs over gaat: nieuwe kennis tot je leren nemen via lezen en leren nadenken, praten en schrijven over wat je leest.’ Aansluitend pleiten ze ook voor het weer in de klas brengen van fictie, zoals literatuur.